Uit mijn comfort zone: naar Taizé deel 2

Uit mijn comfort zone: naar Taizé deel 2

Dit is deel 2 van mijn blogs over Taizé in Arnhem. In deel 1 vertelde ik dat Taizé alles is, wat mij niet trekt. Waarom ik toch besloot uit mijn comfort zone te stappen lees je hier.

In 2018 heb ik samen met mijn vrouw een Alpha-cursus gevolgd, waarna we samen besloten hebben ons aan te sluiten bij Hemelsbreed. Dat was een behoorlijke stap want het geloof was geen onderdeel van mijn opvoeding. We hadden dan misschien een jaarlijks tripje naar de katholieke kerk met kerst, maar dat was niet omdat we stiekem toch een beetje geloofden. Dat deden we omdat opa en oma het zo fijn vonden om met de hele familie aanwezig te zijn. Ik kon me nooit van de indruk onttrekken dat ze het voornamelijk fijn vonden om door de kerk gezien te worden met de hele familie.

Zelf nadenken

Het is in een notendop wat mij tegenstond aan de kerk, wat voor mij destijds hetzelfde was als het geloof. De kerkganger als niet nadenkende zombie, nog volgzamer dan een blindengeleidehond en het instituut kerk als huichelachtig opportunist, misbruik makend van de simpelheid van eenvoudige mensen. Ik balanceerde daarbij zelf op een moreel koorddans-koord, waarbij ik moeite had een deel van mijn medemens serieus te nemen. Aan de ene kant vond ik het verschrikkelijk  dat deze mensen voor de gek gehouden werden, maar aan de andere kant zag ik ze als simpele zielen die óf te lui waren om zelf na te denken, óf te dom om in te zien dat ze bespeeld werden.

Die gedachten werden gesterkt door ervaringen met mensen die in diezelfde kerk kwamen: zo was er een bejaarde buurvrouw in tranen omdat ‘de kerk’ iets had goedgekeurd wat al haar hele leven door diezelfde kerk als zonde werd bestempeld en werden door anderen Bijbelteksten die in mijn ogen duidelijk metaforisch bedoeld zijn, als letterlijk uitgelegd. Niet zelf nadenken: iets waar ik überhaupt allergisch voor was en ben.

Overigens is het niet mijn bedoeling om deze blog een herhaling van zetten te laten zijn van mijn vorige blog, en is het niet mijn intentie om ook in deze blog voornamelijk stil te staan bij hoe ik vroeger over het geloof dacht en waarom Taizé mij niets lijkt. Het is alleen zo dat het gevoel dat ik vroeger bij de katholieke kerk had, direct weer naar boven kwam toen ik de Salvatorkerk inliep. Dat zal ook wel te maken hebben gehad met de instelling waarmee ik richting de kerk vertrok, want het enige wat ik dacht is dat ik het jammer vond dat het geen lood was dat in mijn schoenen zat. Dat was namelijk een stuk lichter geweest. Het gevoel bleef echter ook tijdens de dienst in eerste instantie aanhouden.

Vooringenomen

De Salvatorkerk is namelijk, wanneer je hem vergelijkt met Hemelsbreed, ‘precies’ dat andere type kerk. Er waren bijna uitsluitend oudere mensen, er hing een typische ‘kerk-lucht’ en ook al is er minder franje dan in de katholieke kerk, de sfeer was vergelijkbaar. Ik meende dezelfde volgzaamheid te herkennen in de blikken van die oudere mensen die op klassieke wijze precies deden wat er van ze verwacht werd: stil zijn, zingen en meebidden. Het gevoel bekroop me dat deze mensen al zeventig-en-zoveel jaar dezelfde teksten opdreunden, de pastoor volgend, en geen idee hadden wat ze nu eigenlijk zeiden. Niet nadenkend dus.

En precies op dat moment bedacht ik me dat ik doe wat ik al heel lang doe. Ik heb namelijk nogal eens de neiging om mensen al in te schatten voordat ik ze überhaupt gesproken heb. Het is een mechanisme dat hardnekkig is, ook omdat achteraf meestal blijkt dat dat ik juist ingeschat heb. Maar deze mensen: ik heb ze nog nooit gesproken, en toch dacht ik al te weten hoe zij hun geloof beleden. Toen ik eenmaal doorhad dat mijn mechanisme weer in werking was, was ik in staat om op een hele andere wijze naar de dienst te kijken.

Een warm onthaal

En dat was dat ik in de week voorafgaand al appjes kreeg van mensen om te zeggen dat ze het cool vonden dat ik het ging proberen. Dat ik binnen in alle vriendelijkheid hartelijk werd ontvangen. Dat ik op geen enkele wijze het gevoel kreeg dat mensen gedachten hadden als “wat doet die hier?”. En hoewel ik niet meezong, las ik wel de vertalingen van de liederen mee. Het is nog steeds mijn muziek niet, maar de teksten waren soms ontzettend mooi.

Ik ben God, en de mensen die de gemeenschap vormen ontzettend dankbaar dat Hemelsbreed op mijn pad is gekomen. Anders zou ik namelijk nooit bij het Hem zijn gekomen. Het is voor mij hét bewijs dat Hij altijd op de manier laat zien dat hij er is, die past bij jou. En voor mij is dat via een kerk waar plek is voor open discussie, verschillende inzichten, verschillende meningen en twijfel. Maar vooral een kerk zonder centrale regelgeving, waarbij je niet pas erbij hoort wanneer je op dezelfde manier geloofd en aan dezelfde regeltjes voldoet.

Ieder een eigen weg

Dat zou je overigens kunnen interpreteren als een aanval op bestaande kerken, alsof die dat niet goed zouden doen. Maar ik besef me nu dat die mensen, waarschijnlijk op die manier bij Hem moeten komen. Het is niet de manier waarop ik mijn geloof beleid, maar uiteindelijk zijn we als christenen allemaal op zoek naar een relatie met Hem. In dat kader vind ik het mooi dat initiatieven zoals Taizé in Arnhem opgepakt kunnen worden door een samenwerking tussen verschillende kerken. Want eerlijk is eerlijk, het is, wanneer je er met een andere bril naar kijkt, schitterend om te zien hoe deelnemers via een andere weg dan jij met hem in contact staan. En stiekem, kan ik daar nog een beetje jaloers op zijn ook.

Jesse